Ik hoorde het woord vakantieparticipatiegraad laatst in een podcast over toerismedruk in Amsterdam. Het refereert naar het percentage van de bevolking dat minstens één keer per jaar op vakantie gaat. Bijvoorbeeld: “Vanaf de jaren ’60 is de vakantieparticipatiegraad enorm gestegen”. Toch stel ik me bij vakantieparticipatie iets heel anders voor. Ik zie een familie voor…

Ik ben geen WK-liefhebber, maar vind het jargon intrigerend. Mijn foebalwoordenboekje tot nu toe: – Balbezit: als je een bal hebt gekocht– Buitenspel: dat deden kinderen vroegah op straat (knikkeren, hinkelen, etc)– Knockout fase: als een speler een bal tegen het hoofd krijgt en bewusteloos raakt– Lange bal: de bal waarmee rugby wordt gespeeld– Messi: rommelig– Paas: iets met eieren en hazen– Positiespel: dient gespeeld te worden in positiekleding

Gaan jouw kinderen wel eens naar een kinderdagverblijf? Op het eerste gezicht lijkt dat een heel gewoon woord, waar je verder niet al te erg over nadenkt. Toch is het gedeelte ‘dag’ heel opmerkelijk. Want waarom wordt er zo expliciet in benoemd dat het om overdag gaat? De meeste locaties die jonge kinderen opvangen, doen…

Een uitdrukking als Jan is woonachtig in Nijmegen vind ik dat veel vager klinken dan Jan woont in Nijmegen. Want woorden die op -achtig eindigen, hebben vaak iets van ‘net-niet’ om zich heen hangen. Als het bijvoorbeeld voorjaarsachtig begint te worden, is het nog geen lente (hoewel de zon al lekker schijnt). Heeft je hond…

Bang – banger – bangst. In de overtreffende trap van “bang” zit het woordje “angst”. Is dat toeval?

Tegenwoordig staan veel mensen “ergens in”. En dan niet in de modder, de branding, een paar kaplaarzen of een hondendrol. Het is een beleefde manier om te zeggen dat je het niet met elkaar eens bent (of juist wel). Bijvoorbeeld: “Wat jammer dat jij er zo anders in staat”. Of: “We staan er in ieder…

Woord van de dag: Opzittende. Als in de krantenkop die ik vorige week las: “Dinsdagmiddag zijn twee opzittenden van een scooter gewond geraakt bij een botsing met een auto.” Ik heb zelf nooit een scooter gehad, en kende deze term niet. Maar altijd inspirerend om een nieuw woord te leren! Volgens internet komt het vooral…

Woord van dag: kinderfeestjessyndroom. Dat je ergens zó op verheugt (ja, ook als volwassene), dat je de nachten ervoor niet kunt slapen van opwinding. En dan ben je op de dag zelf te brak om überhaupt nog te genieten van datgene waar je zo naar uitkeek. 

Het is Nationale Klimaatweek. Een week waarin er – vooruitlopend op de COP27 – nog meer aandacht voor het klimaat is dan anders. Wat me al eerder opviel, is dat wat vroeger milieu heette, de laatste jaren klimaat heet.  Bijvoorbeeld: de milieuactivist is een klimaatactivist geworden. Streed je vroeger voor een beter milieu, nu strijd…

Was onze maatschappij vroeger verzuild, tegenwoordig kunnen we er heus ook nog wat van. Wat denk je van de aanmeldzuil (in het ziekenhuis), de betaalzuil (in de parkeergarage), de hygiënezuil (ten tijde van coronamaatregelen), de emballagezuil (in de supermarkt), de burgerzakenzuil (in het gemeentehuis), of de rookzuil (in het verdomhoekje). Van zuilen komt zelden huilen,…