Laatst kocht ik bij de supermarkt een broodje dat werd aangeprezen als rustieke meerzadenbol. Het was een heel lekker broodje, maar de naam deed me aan vogelvoer denken. Bovendien ontdekte ik dat het begrip rustiek best moeilijk te omschrijven is. Want wat betekent dat nou eigenlijk precies? Volgens een woordenboek: betrekking hebbend op het platteland.

Toch denk ik niet dat die definitie de lading volledig dekt. Noem je de industrieel aandoende monoculturen in de polders bijvoorbeeld rustiek? Zijn maaidorsers met een spanwijdte van ruim tien meter nog rustiek? Bij rustiek krijg ik toch vooral een indruk van kleinschalig platteland, van nostalgie, van opgeknapte boerderijtjes. Maar dan wel redelijk robuust, zonder teveel frutsels. Een beetje zoals de uitstraling waar sommige B&B’s naar streven. De rustieke meerzadenbol past in ieder geval prima in het gemiddelde B&B-ontbijt: de onvermijdelijke sapjes, de streekproducten, de boerenkaas en de zelfgemaakte jam. Heel rustiek allemaal.